Dat wat raakt aan nabijheid van troost
Zondag 3 november jl. herdachten we de mensen die in het afgelopen jaar waren overleden. Mensen die ons nabij waren en blijven; jonge mensen, oudere mensen; mensenlevens gevuld met idealen, dromen, vreugde, liefde, vriendschap en nabijheid van hem of haar. Mensenlevens gevuld ook met vragen, met onzekerheid, met verdriet, met gebrokenheid.
We noemden hun namen om hun leven en blijvende betekenis te gedenken.
We lazen daarbij woorden uit de Bergrede, uit Matteüs 5: 1-10. Woorden die misschien zo vreemd over kunnen komen, wanneer we lezen ‘gelukkig (of beter: zalig) de treurenden, want zij zullen getroost worden.’ Toch herbergen deze woorden een levenskracht in zich waarbij een mensenleven niet eindigt in verdriet, maar met troost; dat een mensenleven niet afhankelijk is van macht, maar van zachtmoedigheid; dat een mensenleven recht zal worden gedaan ondanks het onrecht dat hem of haar overkomt; een mensenleven dat gevuld wil zijn met barmhartigheid waar het zelf van die barmhartigheid deelt. En zo verder om vrede. Geen visioen voor een stil maar wacht maar tot alles nieuw wordt, maar een realiteit dat in de gelijktijdigheid van het verdriet of het onrecht aan de mens geschiedt.
Zoals wij in de gedachtenisdienst bijeen waren in een wereld en realiteit die ons soms ook zo angstig kan maken wanneer het geweld op de humaniteit en medemenselijkheid maar blijft doorgaan en gezocht wordt naar troost en vrede.
Zo waren we elkaar die zondag nabij in dat gedenken, in het ontsteken van een licht, met muziek en in stilte. We zongen daarbij steeds de tekst, zoals gedicht door Marijke de Bruijne: ‘Licht dat terugkomt. Hoop die niet sterven wil. Vrede die bij ons blijft.’
Het licht dat ons tegemoetkomt vanuit de betekenisvolle bloemschikking spreekt voor zich.
Tekst: Margarithe Veen